Van het laagste naar het hoogste punt van Nederland

Dit jaar wil ik meedoen met het fenomeen van de Longest Day Challenge. Het idee is om op (of rondom) de langste dag van het jaar, een volle dag op de fiets te zitten. En daarbij dan ook een mooie afstand af te leggen. In principe is het idee dat je van zonsopkomst tot aan zonsondergang op de fiets zit. Maar voor mij geldt een richtafstand van zo’n 230 kilometer al als een heel mooi doel.

Het hoogteprofiel van de route van Zuid-Holland naar Limburg

Tweehonderddertig kilometer, dat is de afstand van het laagste punt van Nederland, tot aan het hoogste punt van Nederland. Want dat is de rit die ik dit jaar op de langste dag ga rijden. Startpunt van vandaag is dus het laagste punt van Nederland, nabij Nieuwerkerk aan de Ijssel en Moordrecht. Direct langs de A20 is een monumentje ingericht bij dit bijzondere punt, dat zich 6,74m. onder N.A.P. bevindt. Ons startpunt van vandaag. Het einddoel van vandaag is het hoogste punt van Nederland, dat zich bevindt zich op de top van de Vaalserberg op 322,5m. boven N.A.P., bij het drielandenpunt (of toch Vierlandenpunt?!). Zonder al te veel omwegen zou dit in zo’n 230 kilometer af te leggen moeten zijn. Hieronder mijn verslag van deze dag.

Zuid-Holland

Om op het startpunt te beginnen parkeren we de auto in Moordrecht. Daarvandaan is het nog 3 kilometers fietsen naar het moment bij de Zuidplaspolder. Na wat foto’s daar is het 08:00 als we op de fiets stappen en van start gaan met de tocht naar het zuiden. Eerste tegenvaller is het pontje bij Moordrecht, dat in het weekend pas vanaf 09:00 afvaart. Even om fietsen via Gouda dus. Daarna is het doorsteken via de polders om bij Bergstoep de volgende pont te pakken, die over de Lek. Na nog meer kilometers door polderig landschap gebruiken we de Merwedebrug om de volgende rivier over te steken. We zijn blij dat we na zo’n 40 kilometer de eerste provincie, Zuid-Holland, achter ons laten. Het is voornamelijk bekend terrein hier. Op naar Brabant!

Het monument bij het laagste punt van Nederland, de Zuidplaspolder (Zuid-Holland) (-6.74m NAP).

Noord-Brabant

Brabant begint met een stuk voer de dijk, totdat we opnieuw een rivier (de Maas) over steken. Deze gaan we nog eens tegenkomen vandaag, maar wel wat later op de dag. Het landschap om ons heen is ons vanaf nu vaker onbekend, maar ook sowieso wel wat afwisselender. Fijn! We rijden om de Loonse en Drunense Duinen heen richting Vught. Bij Boxtel besluiten we een eerste lunchstop te doen: een broodje kroket. Het is dan 12:00 en we hebben er 90 km op zitten. Daarna rijgen we nog wat Brabantse dorpen aan een (Liempde, Son en Bruegel, Nuenen, Mierlo). Bij Lierop hebben we weer honger en besluiten we met 130 kilometers in de benen dat het tijd is voor de tweede lunch van vandaag.

Limburg

Na de pannekoeken is het niet lang meer voordat we Limburg binnenrijden. Dat schiet op, maar tegelijkertijd beseffen we ons ook dat Limburg groot is en we naar het andere uiteinde van deze provincie onderweg zijn. We steken de Maas nog eens over en op 170 km is er weer een stop: dit keer kiezen we voor cola en zakken snoep. Het tempo was er al een tijdje uit, maar nu het landschap ineens ook op z’n Limburgs begint te golven kakt dat wel helemaal in. Na 220 kilometer stoppen we ons voor een laatste keer vol met suiker (snoep) en persen we de laatste klim eruit. De Vaalserberg laat ons beseffen hoe het voelt als je moet klimmen met een volledige etappe in de benen. Maar we geraken er, en maken kort wat foto’s van het monument wat ook daar is ingericht. Dan is het tijd om aan de Duitse kant de Vaalserberg af te dalen, richting Aken. Vijf kilometers later komen we aan bij ons hotel en kunnen we ons richten op ons volgende doel: Weizen bier en een Schnitzel!

Het monument bij het hoogste punt van Nederland, het drielandenpunt op de Vaalserberg (322.5m NAP).

Afstandsrecord

Tot aan deze rit was mijn langste rit ooit de Elfstedentocht. Die heb ik ondertussen een aantal keer gereden, en inclusief wat kilometers van en naar de start, kwam ik dan uit op maximaal 237 km. Inclusief het naar het startpunt rijden, en het afdalen naar ons slaapplek in Aken, heb ik de rit van vandaag afgeklopt op 238 km. Geen overtuigende verbetering dus, maar zeker wel een nieuw afstandsrecord van aantal fietskilometers op een dag. En dit biedt ook een realistisch perspectief voor een volgende verbetering van dit record!

Zelf fietsen?

De tocht van het laagste naar het hoogste punt van Nederland is er zeker een die ik zou aanbevelen om zelf te fietsen. Daarbij zou ik dan wel echt aanraden zelf een route te maken. Wij wilden er niet al te lang over rijden (qua afstand) en kwamen dus uit op zo’n 230 km. De route die we daarbij reden was lang niet overal even inspirerend. Het eerste stuk (Zuid-Holland) was voor ons niet erg boeiend (mede doordat het al bekend was).

De stukken door Brabant en het noorden van Limburg waren al interessanter. Maar hier kun je zeker mooier fietsen als je iets meer vrijheid neemt. Door af en toe van de snelste route af te wijken en wat vaker kleinere weggetjes te pakken. Omdat grote stukken Zuid-Limburg ondertussen best bekend zijn, vonden wij het juist leuk om hier eens niet de bekende klimmetjes te pakken, maar ons te laten verrassen door de onbekende wegen die we vandaag op onze route tegenkwamen.

Bij een route als deze, dus een enkele reis in één richtring, loont het zeker om rekening te houden met de wind. Wij hadden daar niet echt geluk mee (ZW-wind) maar gelukkig waaide het niet al te hard. Qua hoogtemeters zou je kunnen stellen dat het voordeliger is de route andersom te rijden, maar dat was niet ons idee bij vandaag. Ook qua omgeving en overnachtingsmogelijkheden is het een stuk aantrekkelijker op deze tocht op de Vaalserberg af te sluiten. Mocht je echt zin hebben, dan kun je deze tocht ook gebruiken als inleiding bij een ander tochie dat ik heb gereden!